Als je eenmaal een goede basis strategie onder de knie hebt, kun je proberen om verder te gaan met het ontwikkelen van bepaalde strategieën. Een van deze strategieën is een is de tight strategie. Tight is het Engelse woord voor ‘nauw’, en dat wil zeggen dat je niet veel geld uitgeeft tijdens het spelen van een potje poker. Dat kun je op verschillende manieren doen, dus er is niet één tight strategie. Er zijn verschillende manieren om op een rationele manier te besluiten wanneer je jouw geld in wilt zetten. De verschillende manieren om een tight strategie te hanteren zetten we hieronder voor je uit een. Maar wat alle strategieën gemeen hebben: tight spelen, is goed spelen. Want je speelt alleen als je een gedegen kans hebt dat je daadwerkelijk ook wat wint. De eerste variant van de tight strategie wordt mede bepaald door de kaarten die je gelijk in je handen krijgt. Deze variant wordt ook wel Preflop Tight Strategie genoemd. Deze variant schrijft voor dat je op basis van de twee kaarten die je aan het begin van het spel krijgt bepaalt of je de big blind callt of niet. Wat is hier het criterium voor? Alles vanaf een paar zevens een hoger, plus een aas en een koning of een aas en een vrouw, is de moeite waard om mee te callen. Als je kaarten hebt die lager zijn dan deze combinaties dan is de kans te groot dat iemand betere kaarten heeft, en daarmee moet gefold worden. Dit is een strenge vorm van tight spelen. Want je krijgt hier niet eens de kans om de flop te zien. Je gaat er gelijk van uit dat de kaarten bij aanvang al goed moeten zijn. Anders moet je al preflop folden. Dit gaat uiteraard niet op als jij de big blind inzet, en iedereen voor de rest gewoon callt. Het enige wat jij dan hoeft te doen is checken.
Een tweede variant waarbij je er een tight stategie op nahoudt is het spelen volgens de zogenaamde ‘fit or fold’ strategie. Hierbij ga je er van uit dat je ongeacht de kaarten de flop wilt zien om te kijken of je een pokerhand weet te verzamelen. Op basis van de die uitslag bepaal je of je verder wilt gaan. Je bekijkt dus in feite of je met vijf kaarten een goede combinatie weet te verzamelen. Als je bijvoorbeeld een paar zevens hebt, en de flop geeft een boer, vrouw, koning, dan is het volgende fit or fold’ strategie tijd om te folden. Je hebt op de flop immers geen ‘fit’ gevonden. Er hoeft dan maar één speler te zijn die een boer, vrouw of koning heeft en je hebt al verloren. Maar als je een boer, vrouw, koning op de flop krijgt terwijl je zelf een aas en een koning hebt, dan is het de moeite waard om door te blijven spelen. Niet alleen heb je dan een paar heren, maar je hebt ook nog de kans om een straat te verzamelen. In een dergelijk geval zet je dan flink in, zodat je met deze goede hand een forse winst weet te pakken. Ook al is een tight strategie bedoeld om zuinig met geld om te gaan, als je een winnende hand in je handen hebt dan is het ook zaak om hier je slag mee te slaan. Als je een potentieel goede hand hebt, terwijl je nog niet echt daadwerkelijk een goede hand hebt, is het moeilijk om te besluiten wat je moet doen. Bij een tight strategie is het dan een goed gebruik om te kijken naar de ‘pot odds’. Dit is de verhouding tussen het geld wat er in de pot zit, en het geld dat het je kost om de volgende kaart te laten zien.
Als je bijvoorbeeld een flush draw hebt, oftewel een situatie waarin je vier kaarten van dezelfde soort hebt en dus de mogelijkheid om bij de volgende kaart een flush te creeëren, dan sta je voor de keuze. Je hebt nog geen flush, maar wel een goede kans. Welke afweging maak je dan? Er zijn dertien kaarten van elke soort: hiervan heb jij er al vier in je handen. Er zijn dus negen kaarten over die jou een flush kunnen bezorgen. Je hebt na de flop nog twee kansen om een van die negen kaarten te trekken (de turn en de river), wat een kans van twee tegen een geeft. Om deze hand goed te kunnen spelen moeten er dus minimaal twee chips in de pot zitten voor elke chip die jij inzet voor de volgende kaart. Als er slechts €5 in de pot zit, en het je ook €5 kost om de volgende kaart te mogen zien dan is haal je daar dus geen echte winst uit. Je hebt echter wel een kans van één op drie dat je gaat verliezen. Dat is een negatieve verhouding, dus dat is de moeite niet waard. Als er echter €30 in de pot zit, dan heb je dezelfde winstkans maar ook een veel betere verhouding met de winst uit de pot: die hier namelijk één op zes. Je moet de keuze om te spelen dus af laten hangen van de ‘pot odds’ die de hand heeft. Als je tight speelt is het goed om te weten dat er bepaalde typen tight spelers zijn. Zo is er bijvoorbeeld het type speler dat echt alleen de flop ziet als hij enorm goede kaarten heeft. Hier kun je vaak het beste folden. Ook zijn er spelers die wel tight spelen, maar toch best vaak verliest. Dit type speler bluft wat meer, en je kunt hier makkelijker callen.
En zoals wel vaker is gezegd: als je een tight strategie hebt dan is het belangrijk om in de gaten te houden welke positie je ten opzichte van de dealer hebt. Als je de dealer bent, heb je altijd het laatste woord bij de biedronde. Als je de small blind moet inzetten ben je altijd als eerste aan de beurt. Als je als eerste aan de beurt bent bij de biedronde heb je geen informatie over de kaarten van de tegenstander. De persoon die daarna aan de beurt is heeft iets meer informatie, omdat hij ziet hoe de voorgaande speler zijn kaarten inschat (aan de hand van zijn actie: check, bet of raise). Hoe later je in de biedronde aan de beurt bent, hoe meer informatie je hebt over de mogelijke kaarten van de tegenstanders. Het is dus zaak om met zoveel mogelijk informatie iets losser te spelen, terwijl het aan te bevelen is om in een vroege positie enorm tight te spelen. Dit is een algemene regel die geldt voor de tight strategie, maar ook zeker voor andere strategieën. Zoals je hebt kunnen lezen is het spelen van een tight strategie altijd goed om wat langer in de race te blijven. Het is de bedoeling dat je met enkele grote handen in het uur jezelf weet te handhaven, terwijl andere spelers leegbloeden. Neem niet te veel risico en zorg er voor dat je in leven blijft. Dat is de tight strategie in een notendop.